Zwemdiploma’s in Nederland
In tegenstelling tot wat veel mensen denken, bestaat er in Nederland geen wettelijk of landelijk erkend zwemdiploma. Elke zwemschool of organisatie mag in principe een eigen diploma uitgeven. Dat betekent dat er meerdere diplomalijnen bestaan, met uiteenlopende visies, methodes en eisen.
Dit zorgt soms voor verwarring bij ouders: welk diploma is nu écht waardevol? Welke vaardigheden leert mijn kind? En hoe verhouden de verschillende diploma’s zich tot elkaar?
Op Nederlandse Zwembaden .NL zetten we de belangrijkste aanbieders en hun diplomalijnen overzichtelijk op een rij. Zo krijg je inzicht in de verschillen en kun je als ouder, verzorger of zwemmer een bewuste keuze maken.
EasySwim
-
Visie: kinderen starten direct in het diepe, met een speciaal drijfpakje voor veiligheid en bewegingsvrijheid.
-
Didactiek: werken met stuurkaarten en een persoonlijke aanpak; veel nadruk op plezier, motivatie en betrokkenheid.
-
Diploma’s: EasySwim heeft een eigen diplomalijn, opgebouwd vanuit waterveiligheid en vaardigheid in diepe baden.
ENVOZ
-
Internationaal georiënteerd: ENVOZ is aangesloten bij de International Federation of Swimming Teachers Associations (IFSTA).
-
Aanbod: opleidingen voor zwemonderwijzers én een diplomalijn voor kinderen.
-
Samenwerking: samen met ZwemOnderwijs Nederland (ZON) ontwikkelden zij een gezamenlijke diplomalijn.
-
Diploma’s: wereldwijd erkend door IFSTA-partners, in Nederland vooral bekend bij particuliere scholen.
Het Nieuwe Zwemmen
-
Ontstaan: ontwikkeld door particuliere zwemscholen in Zuid-Holland.
-
Visie: kinderen leren volgens een methodisch, didactisch en pedagogisch lesplan.
-
Diploma’s: A en B worden gezien als tussenstappen; het uiteindelijke doel is het C-diploma als bewijs van volledige zwemveiligheid.
KNZB – SuperSpetters
-
Aanbieder: de Koninklijke Nederlandse Zwembond (KNZB), bekend van de zwemsport.
-
Methode: kinderen leren niet de klassieke schoolslag en rugslag, maar starten direct met borstcrawl en rugcrawl.
-
Materialen: les met badmuts, zwembril en korte flippers.
-
Diploma: één afzwemmoment; dit diploma wordt gepresenteerd als gelijkwaardig aan het C-diploma van andere lijnen.
Nationale Raad Zwemveiligheid (NRZ)
-
Bekendheid: voor velen de meest bekende aanbieder van zwemdiploma’s.
-
Doel: zoveel mogelijk kinderen zwemveilig maken en verdrinking voorkomen.
-
Diploma’s: het bekende Zwemdiploma ABC (A, B, C).
-
Kern: nadruk op zelfredzaamheid in verschillende situaties (zwemmen, kleding, survival).
Nederlandse Stichting Water- & Zwemveiligheid (NSWZ)
-
Aanbieder: onafhankelijke stichting die zich richt op transparantie en kwaliteit in het zwemonderwijs.
-
Methode: eigen ISO-gecertificeerd lessysteem (ISO 9001), voor kinderen vanaf 3,5 jaar.
-
Didactiek: kleine groepen, docenten in het water voor persoonlijk contact, gebruik van individuele leskaarten.
-
Diploma’s: het NSWZ ABC, met doorlopende leerlijn en nadruk op individuele ontwikkeling.
ZwemOnderwijs Nederland (ZON)
-
Visie: kinderen vanaf 4,5 jaar leren zwemmen, met nadruk op zwemmen met kleding.
-
Diploma’s: Survival ABC, waarbij een kind pas écht zwemveilig wordt geacht na het behalen van A, B én C.
-
Samenwerking: werkt samen met ENVOZ voor een gezamenlijke diplomalijn.
Wat betekent dit voor ouders?
-
Er is geen één officieel diploma, maar er zijn meerdere erkende en veelgebruikte systemen.
-
Het belangrijkste is dat kinderen leren veilig en vaardig bewegen in water, ongeacht de diplomalijn.
-
Ouders doen er goed aan te kijken naar:
-
De visie en methode van de zwemschool
-
De kwaliteit en ervaring van de instructeurs
-
De groepsgrootte en aandacht voor het kind
-
De doorstroommogelijkheden naar B en C (of vergelijkbaar)
-
Transparantie en keuze
Nederlandse Zwembaden .NL vindt het belangrijk dat ouders weten dat er verschillende routes zijn naar zwemveiligheid. Daarom noemen we hier zowel commerciële als non-profit organisaties.
Uiteindelijk gaat het erom dat kinderen veilig kunnen zwemmen in zwembad én open water – welke diplomalijn daarbij gekozen wordt, hangt af van persoonlijke voorkeur, beschikbaarheid en vertrouwen in de methode.